Samenwerking met scholen en experimenteerruimte voor nieuwe duurzame beheersmaatregelen. Dat is de samenvatting van het project Greenfield dat onlangs is aanbesteed aan het Clusius college. Binnen Greenfield worden drie sectoren nadrukkelijk benoemd en een daarvan is de vollegrondsgroenteteelt. De financiering van Greenfield is het Regionaal Investerings Fonds. Projecten gefinancierd vanuit dit fonds hebben als doel de samenwerking tussen scholen en praktijk te stimuleren.
De omslag naar natuurinclusieve landbouw vraagt om nieuwe kennis en vaardigheden. Huidige en toekomstige ondernemers in de agri-sector onderzoeken, oefenen en leren rond de thema’s ‘Vee’, ‘Bollen’ en ‘Groente’ hoe een natuurinclusieve aanpak eruit kan zien, en hoe je een realistisch verdienmodel opzet. Het vierjarige traject loopt tot en met 2024. We zijn van start!
Transitie mogelijk maken
Via dit project worden studenten, docenten en bedrijven meegenomen in de ontwikkelingen op het gebied van natuurinclusieve landbouw. Via een intensieve samenwerking zorgen zij voor een inspirerende leeromgeving met toegang tot nieuwste kennis en de juiste benodigde vaardigheden. Een onmisbare basis om de transitie tot een succes te maken.
Vee, bollen en vollegrondsgroente
Rond de drie thema’s ‘Vee’, ‘Bollen’ en ‘Groente’ stellen (clusters van) leerbedrijven zich open voor studenten, docenten, ondernemers en onderzoekers. Zij vinden elkaar via praktische opdrachten, onderzoeken en uitwisselingprojecten. Er komen (docenten)stages, werkbezoeken, masterclasses en gastlessen. Kennis en expertise die hier ontstaat wordt vastgelegd binnen een kennisnetwerk en actief gedeeld met initiatieven in de rest van Nederland.
Fieldlab
Voor de vollegrondsgroentesector betekent dit de mogelijkheid om bestaande en nieuwe ideeën te toetsen op een praktijkperceel. Binnen het project wordt gestreefd naar een zogenaamd ‘fieldlab’. Een ‘fieldlab’ is projecttaal voor een demonstratieveld in de praktijk waarbij negatieve resultaten niet ten koste gaan van de praktijk. Met het inrichten van een ‘fieldlab’ wordt een fysieke plaats gecreëerd om te experimenteren en te ontwikkelen. Daarbij worden studenten nadrukkelijk gekoppeld aan bedrijven en zijn deze gezamenlijk ook uitvoerder van het ‘fieldlab’.
Fouten maken
Binnen het thema natuurinclusief valt onder andere duurzaam bodembeheer en de inzet van biostimulanten. Thema’s die dichtbij de praktijk staan maar in nog veel vragen op roepen en soms te riskant zijn om in de praktijk toe te passen. Op het ‘fieldlab’ is er ruimschoots de mogelijkheid om te proberen en fouten te maken.
De koppeling van scholing met de praktijk van de vollegrondsgroentesector is al langer een uitgesproken behoefte. De aansluiting van de scholing met de praktijk moet geactualiseerd maar belangrijker de sector moet gezamenlijk de aantrekkelijkheid laten zien. Een aantrekkelijke sector zorgt voor meer instroom op de scholen en levert daarmee ook een gespecialiseerder lespakket op. Het inrichten van een ‘fieldab’ voor de vollegrondsgroente is één van de instrumenten om de sector aantrekkelijk te maken.
Meer weten: contact E.steenhuis@vollegrondsgroente.net
Partners
Onderwijs: Clusius College (programmacoördinatie), Aeres Hogeschool, Hogeschool Van Hall Larenstein, Nordwin college, AOC Terra, Horizon College.
Bedrijven en organisaties: Coöperatie NLG Holland, John Huiberts, Wij.land, Vollegrondgroente.net, Plantenkwekerij Gitzels, Greenport NHN, Landschap Noord-Holland, ANV Water, Land en Dijken, ANV Hollands Noorden, ANV De Lieuw, Natuur- en Milieufederatie Noord-Holland.
Overheid: provincie Noord-Holland.
Financiële ondersteuning: Triodos foundation, ministerie van OCW.
Over het Regionaal Investeringsfonds mbo
Aantrekkelijk en eigentijds mbo-onderwijs. Om dit te bewerkstelligen, is het voor mbo-instellingen noodzakelijk om nauw samen te werken met bedrijven. Dit vraagt voor beide partijen veel aandacht.
Daarom riep het kabinet in 2014 het Regionaal investeringsfonds mbo (RIF) in het leven. Tot en met 2017 stelde minister Bussemaker (OCW) in totaal 100 miljoen euro subsidie beschikbaar voor duurzame publiek-private samenwerking (PPS) in het beroepsonderwijs. De subsidiebijdrage diende vervolgens aangevuld te worden met een financiële bijdrage vanuit de regio (bedrijfsleven en regionale overheid).
Succesvol
Het RIF is de afgelopen jaren succesvol gebleken om samenwerking in de regio te stimuleren. In totaal hebben 111 samenwerkingsverbanden ruim 100 miljoen euro ontvangen vanuit het Rijk. Het bedrijfsleven en regionale overheden hebben dat aangevuld met nog eens 215 miljoen euro.
2019-2022: opnieuw 100 miljoen euro subsidie
Omdat de resultaten boven verwachting waren, is besloten het RIF ook voor de periode 2019-2022 te continueren. In een kamerbrief noemt minister Bussemaker het RIF ‘een katalysator voor vernieuwing in het mbo’. Om verdere samenwerking tussen bedrijfsleven en het mbo te stimuleren, trok minister Van Engelshoven vervolgens 100 miljoen euro uit tot 2022.