Het is altijd prettig om te merken dat externe partijen weten dat een sector gaat veranderen. Zo gaat het ook met de agrarische sector. De hele maatschappij heeft een visie op de ontwikkelingen in de agrarische sector. En vast staat in die visie dat alles anders gaat worden. Wat ‘alles’ is en hoe dat ‘anders’ er uit gaat zien wordt niet beschreven.

Zaaien, onderhouden en oogsten

Nu moet ‘alles anders’ wel met enige nuance worden beoordeeld. Het is nog steeds noodzakelijk om zaad of plantmateriaal in de grond te stoppen en deze met water en licht te laten groeien. In dat proces komen vroeg of laat belagers voorbij die proberen de planten voor eigen groei te nuttigen. Deze belagers: schimmels, bacteriën, insecten en andere planten zullen beïnvloed moeten worden. In die zin is de toekomst voor plantengroei hetzelfde als sinds het moment dat de jager boer is geworden: zaaien-onderhouden-oogsten.

Constante

Dat het gereedschap om dit proces te realiseren veranderd is eerder een constante dan een nieuwe fenomeen. Door de eeuwen heen heeft de agrariër diverse vormen van gereedschap ontwikkelt en toegepast. Resistente soorten, opvolging van gewassen, middelen ter verdrijving of bestrijding zijn van alle tijden. En zijn onderdeel van de werkwijze van de boer en tuinder. Ook daarin gaat niet ‘alles anders’ worden. De boeren en tuinders hebben kennis en verzamelen kennis en passen dit toe op het eigen bedrijf.

Afhankelijk

Met ‘alles anders’ wordt vaak bedoelt verminderen van afhankelijkheid van gewasbescherming. Wat een uiterst ongelukkige formulering is want wat is er mis met afhankelijkheid? En wat is de definitie van gewasbescherming? Afhankelijk zijn we ook van water, goede grond, meststoffen en het weer. Het is inherent aan plantenteelt om afhankelijk te zijn van externe omstandigheden. Onafhankelijk is dan ook biologisch onmogelijk.

Bescherming

De definitie van gewasbescherming is breed. Een strodek tegen stuiven is ook ter bescherming van het gewas. Een knalapparaat tegen ganzen beschermt ook en het aanleggen van een vals zaaibed beschermt het gewas tegen onkruid. Dit zijn geen beschermingsstrategieën die maatschappelijk onacceptabel zouden moeten zijn.

Onkunde

Bovenstaande betekent dat partijen die roepen dat ‘alles anders’ moet eigenlijk niet weten wat er moet gebeuren. Toch is het onderliggende sentiment wel een trigger om na te denken over waar de teelt zich naar toe beweegt en wat daarvoor nodig is. En er is eigenlijk maar één manier om te reageren op onkunde:  dat is een eigen plan. als sectoren onder druk staan en ze ontwikkelen geen eigen visie wordt de ontwikkeling bepaalt door derde partijen. En deze hebben de gewoonte om weg te lopen als hun visie ergens neergelegd is. De sectoren onder druk met een eigen plan en een eigen agenda zijn altijd gesprekspartner geworden voor maatschappelijke organisaties. Daarmee is niet gezegd dat de eigen plannen altijd uit komen. Een eigen plan zorgt voor een routekaart waar anderen iets aan toe kunnen voegen. En het is mooi gereedschap om naar te verwijzen als er weer de volgende wijsgeer gaat roepen dat ‘alles anders’ moet.

Cruciaal

Besef dat de agrarische sector een cruciale positie vervult door het produceren van voeding en besef daarbij dat de enige die een afdoende voedselpakket kan produceren de agrarische sector is. Ook de zogenaamde multinationals die zich voordoen als voedselproducent staan volledig met lege handen zonder agrarische productie.

Het is nu zaak om met een eigen stip op de horizon te komen met een bijbehorende routekaart die leidt tot een kennisagenda. Daarin mogelijkheden maar ook onmogelijkheden en vragen. En vragen zijn er om beantwoord te worden. Dat kan door onderzoek maar ook door gezamenlijk te leren van elkaar en van deskundigen. Het is tijd da de sector zelf de touwtjes in handen neemt zodat verdediging tegen onkundige betweters die roepen ‘alles gaat anders’ niet meer nodig is.

Deel dit bericht