Micro-organismen in de bodem zijn een belangrijke factor in de vier best practices van het Best4Soil netwerk om de druk van bodemziekten in akkerbouw- en vollegrondsgro­enteteelt te verminderen. De twee preventieve maatrege­len, compost/organische materialen en groenbemesters, verhogen de activiteit en het aantal micro-organismen die een antagonistische werking hebben tegen bodemziek­ten en aaltjes, de zogenaamde microbiële antagonisten. De twee curatieve maatregelen, Anaerobe ontsmettingen solarisatie, zijn ook afhankelijk van het effect van microbiële antagonis­ten, die de fysische en chemische processen veroorzaken waardoor aaltjes en/of ziekten worden teruggedrongen. Een ander gebruik van microbiële antagonisten is de toe­passing van biologische bestrijdingsmiddelen, commer­cieel geproduceerde micro-organismen met een hoog vermogen om bepaalde bodemziekten te bestrijden.

Effect op de plantengroei

Microbiële antagonisten hebben een indirect positief ef­fect op planten omdat ze de druk van bodemziekten op de plant verminderen. Maar er is ook een groot aantal micro-organismen in de bodem, die een direct positief effect hebben op de groei en gezondheid van planten (Somers et al., 2004). Een groep van dergelijke micro-or­ganismen zijn bacteriën die zich op of dicht bij de wortels bevinden, de zogenaamde rhizobacteriën. Ze stimuleren de groei van de plant door de productie van fytohormo­nen of door meer minerale voedingsstoffen beschikbaar te stellen aan de plant. Daarom worden ze aangeduid als plantengroei bevorderende rhizobacteriën. Een tweede groep zijn micro-organismen die de activering van een systemisch afweermechanisme induceren. Zowel bacteriën als schimmels kunnen een derge­lijke ‘induced systemic resistance’ (ISR) stimuleren. Geïn­duceerde systemische resistentie biedt geen volledige bescherming, maar beschermt de plant tegen meerdere ziekten tegelijk.

Commerciële biologische bestrijdingsmiddelen Door de toenemende druk van de consument en om milieuredenen is er behoefte aan alternatieve gewas­beschermingsmiddelen ter vervanging van synthetische gewasbeschermingsmiddelen. Voor wat betreft bodem­ziekten is er door de geleidelijke afschaffing van me­thylbromide extra belang bij om alternatieven te vinden. Fungiciden, bactericiden en ne­maticiden die biologische bestrijdingsmiddelen als actieve bestanddelen bevatten, zijn beschikbaar als commerciële producten. De werk­zaamheid ervan is aangetoond bij de officiële registratie. Aangezien ze duur kunnen zijn in vergelijking met de meer traditionele fungiciden, moet hun toepassing gericht zijn op de behandeling van zaden of wortels van de plantjes vóór het planten. Voor de behandeling van het hele veld is het gebruik ervan te duur en de distributie van organische bestanddelen die rijk zijn aan micro-or­ganismen, zoals compost, is momenteel beter geschikt voor dit doel. Vanwege de relatief hoge kosten van de registratie worden veel producten waarin biologische bestrijdingsmiddelen zitten niet als gewasbeschermings­middelen geregistreerd. Ze worden verkocht als plantver­sterkers, plantstimulerende middelen, organische mests­toffen en soortgelijke producten, en hun doeltreffendheid kan onbekend of nog niet aangetoond zijn. Een manier om erachter te komen in hoeverre zo’n product werkt tegen bodemziekten, is via een community of practice, d.w.z. een groep mensen die kennis en ervaringen over een specifiek onderwerp delen. Het Best4Soil netwerk ondersteunt de opzet van communities of practice door het organiseren van een workshop over het betreffende onderwerp. Bent u geïnteresseerd, neem dan contact op met Best4Soil.

Deel dit bericht