Inmiddels is Cercospora dusdanig verspreid dat op ieder suikerbietenperceel in een bepaalde mate Cercospora is te vinden. Het is dus zaak om te zoeken naar afdoende maatregelen. Het is dan ook niet meer dan logisch dat op het onderzoeksveld van Delphy een uitgebreide proef ligt naar de beheersing van Cercospora. De proeven zijn uitgekozen in het perspectief van weerbaar telen.

Rassen

In de proef worden 16 suikerbietrassen vergeleken en er liggen ongeveer 10 objecten met beheerschema’s. Het feit dat er 16 rassen liggen met een bepaalde mate van tolerantie tegen Cercospora, laat zien dat de veredelaars Cercospora serieus nemen en inmiddels een aantal genetische bronnen hebben gevonden waarmee de suikerbieten minder last hebben van Cercospora. In de proef worden de rassen vergeleken met de standaardrassen. 

Op tijd

De beheerschema’s bestaan uit zowel chemische maatregelen als de toepassing van plantversterkers. De behandelingen worden gestart vanaf het 1e infectiemoment totdat er Cercospora gesignaleerd is. Bert Huizinga van Delphy benadrukt dat op tijd beginnen in alle gevallen noodzakelijk is. Voor tijdige signalering zijn verschillende mogelijkheden. De diverse waarschuwingsytemen op basis van weerpalen geven de initiële aantasting aan maar ook op de site van het IRS wordt het actuele beeld getoond van de Cercospora infectiewaarde. Overigens is duidelijk te zien dat de infectiedruk regionaal sterk kan verschillen. 

Combinatie

De onderzoeksobjecten bestaan uit de inzet van toegelaten fungicide in een blokken- en een afwisselingsschema. In één object wordt van het eerste infectiemoment gespten met een interval van 10 a 11 dagen. Bij de andere objecten wordt gestart bij de eerste zichtbare aantasting met een interval van drie weken. Naast volledig chemische schema’s zijn er ook schema’s met plantversterkers. Zowel in behandelingen met enkelvoudige versterkers als een combinatie van middelen. 

Het Cercospora onderzoek is een heel uitgebreide proef met een combinatie van oplossingsrichtingen. Dat sluit aan bij de zoektocht naar weerbare telen waarbij de teler een meerdere maatregelen in zijn gereedschapskist heeft die op basis van omstandigheden en kennis op de juiste manier ingezet moeten worden om de suikerbieten ongestoord te kunnen laten groeien.

Cercospora

Cercospora is een schimmelaantasting, die in de tweede helft van het groeiseizoen optreedt. De ziekte is herkenbaar aan de kleine bladvlekken, met een doorsnede van 1 tot 3 mm. Cercospora ontstaat bij hoge dag- en nachttemperaturen. 

De vlekken zijn omringd door een rood-violette rand en een duidelijke begrenzing met het gezonde weefsel. De vlekken gaan bij een zware aantasting in elkaar over en kunnen totale afsterving en verdorring van het blad tot gevolg hebben. De ziekte begint bij de buitenste bladeren, de plant reageert met het aanmaken van nieuw blad waardoor op den duur bij een zware aantasting de ananaskop ontstaat.

Levenswijze

De besmetting vindt over het algemeen plaats vanuit de grond. In de bladvlekken vormt de schimmel sporen, die jarenlang kiemkrachtig blijven en een volgend bietengewas kunnen aantasten. Tijdens het groeiseizoen wordt de schimmel door opspattend regenwater verder verspreid. In de plant wordt de schimmel door de vaatbundels getransporteerd. Hoge temperaturen, vocht en beregenen bevorderen het voorkomen van de ziekte. Het aantastingbeeld kan dus van jaar tot jaar wisselend zijn.

Deel dit bericht