Het toepassen van bladvoeding heeft een ondersteunende functie in zowel de groei, als afweer van de plant. Tijdens de vegetatieve fase heeft de plant een behoefte aan een breed scala van nutriënten, terwijl het gewas veel stress ervaart met afwisselende periodes van droogte.
Planteigen
De bladvoeding OPF 7-2-3 bevat naast de benodigde sporenelementen een hoog gehalte aan plantaardige vrije aminozuren. Aminozuren zijn planteigen bouwstenen, en worden daardoor zonder al te veel energiekosten opgenomen als voeding voor de plant. Dit is vooral nuttig in perioden van stress, zoals hitte, droogte of ziekte, wanneer de plant mogelijk moeite heeft om voldoende aminozuren te produceren.
Transport
Tijdens de knoluitgroei stappen we over op OPF 4-2-8. Hiermee wordt de aandacht verlegd naar vulling van de cellen en uitgroei van de knollen. Het verhoogde aandeel van kalium draagt bij aan transport van suikers naar de knol en omzetting naar zetmeel. Daarmee heeft het een positief effect op de opbrengst.
Bij beide toepassingen vormt Fulvic 25 een waardevolle toevoeging vanwege de chelerende werking door het fulvinezuur. Hierdoor neemt de plant de toegediende mineralen gemakkelijker op, wat de efficiëntie van de OPF verhoogd. Daarbij is het fulvinezuur in Fulvic 25 van natuurlijke oorsprong. Het wordt namelijk uit ons drinkwater gewonnen door Vitens.
Job Derks, Den Ouden
Deel dit bericht
