Er dreigt een soort fatalistische houding te ontstaan waarin wordt geaccepteerd dat de land- en tuinbouw het met minder zou moeten doen. Overheden hebben al eens vaker geuit dat de productie achteruit zal gaan. Daarbij moet de agrarische sector accepteren dat er ‘suboptimaal’ geteeld gaat worden. ‘Suboptimaal’ betekent dat minder productie met een lagere kwaliteit moet worden geaccepteerd. Onder andere in de teelt van vollegrondsgroente. Veelal wordt dit soort denkwijze gekoppeld aan bemestingsbeleid. Daarbij is de gedachtegang dat een lagere aanvoer leidt tot een lagere opbrengst. Dit moet dan geaccepteerd worden en dat wordt ‘suboptimale’ productie genoemd.

Suboptimaal

Inmiddels is het idee van ‘suboptimaal’ verworden tot “We moeten accepteren dat het met minder moet”. En de houding is niet meer exclusief voor overheden, ook onderzoeksinstellingen hebben inmiddels een houding waarin onderzoek niet meer gericht is op optimaal telen maar wordt een onderzoeksresultaat met een lagere productie ook als een haalbare doelstelling gezien. Een houding waarin onderzoek altijd een succesvol resultaat zal realiseren. 

achteruit de toekomst in lopen is onacceptabel

Achteruitgang

Echter een ambitie die niet verder komt dan ‘we kunnen wel met minder’ is niet alleen tegennatuurlijk maar sluit totaal niet aan bij de maatschappelijke opdracht. Deze opdracht voor de vollegrondsgroentesector is het leveren van voldoende gezond, veilig en een afwisselend voedselpakket. De natuurlijke ontwikkeling van de maatschappij en de mens als soort, is gericht op groei en ontplooiing. Daar is achteruitgang geen onderdeel van. 

Onrust

De uitdaging om de maatschappij van gezonde en voldoende voeding te voorzien die aansluit bij een divers consumptiepatroon, wordt dagelijks gevoeld door de vollegrondsgroentetelers. Accepteren dat de maatschappij wel met minder kan leidt tot een route waarin voedsel wordt geproduceerd in andere delen van de wereld waar geen gebruiksnormen zijn en geen (veilig) gewasbeschermingsbeleid. Daarmee wordt het risico groot dat voedsel wordt ingezet als politiek ruilinstrument t.b.v. andere belangen. Vertegenwoordigers van de overheid en van onderzoeksinstellingen die voorbij gaan aan maatschappelijke randvoorwaarden leggen een basis voor maatschappelijke onrust. 

Dat neemt niet weg dat de agrarische sector moet werken aan productie binnen randvoorwaarden waarbij de omgeving niet of zo min mogelijk last heeft van de productie. Of dat natuur inclusief, regeneratief of hightech teelt is, maakt feitelijk niet uit het zijn allemaal transitiesporen. Maar achteruit de toekomst in lopen is onacceptabel. Het spreekwoord zegt niet voor niets stilstand is achteruitgang.

Deel dit bericht