De basis van het idee achter het demobedrijf kool is aandacht voor de bodem. Peter Appelman constateerde ongeveer 10 jaar geleden dat de zware kleigrond in de schermer lastiger te bewerken was en moeilijker water af kon voeren. De conclusie was dat de combinatie van intensieve van teeltrotatie, intensieve grondbewerking zorgden voor moeilijker grond. 

Organische stof

Op basis van gesprekken met vele partijen was een conclusie duidelijk: ‘er moet organische stof in de bodem!’. En die route heeft Appelman bewandeld. Toevoegen van organische stof door middel van groencompost, stalmest en groenbemesters is het belangrijkste speerpunt in de verbetering van de bodem. Daarnaast is ook de grondbewerking tegen het licht gehouden. Daarbij is gekozen voor een sterke focus op de bouwvoor en dan met name het plantbed. In plaats van de grond diep los te maken is gekozen voor de inzet van een Ovlac ploeg die alleen het zaaibed bewerkt. Dit is een vorm van niet kerende grondbewerking. Maar benadrukt Appelman: “alleen ondiepe grondbewerking is geen oplossing voor verbeteren van de grond.” Ook het verbeteren van de bodem met behulp van organische stof is noodzakelijk om deze plantbedbehandeling effectief te kunnen maken.

Specialist

De ervaring van Appelman vraagt om getoetst te worden door een gespecialiseerde bodemdeskundige. Vanuit het bodemteam Noord-Holland is Guus Braam van Delphy afgelopen voorjaar uitgenodigd om een oordeel te geven over de bodem van het demobedrijf. 

De eerste blik van Braam op het perceel waar een week geleden rode kool op geplant is, leert dat het inderdaad over zware grond gaat met grove kluiten. Niet storend voor koolplanten concludeert Braam “Daarmee laat de teler zien dat de grondbewerking gericht is op de specifieke teelt.” Uiteraard volgen een aantal spitsessies van een gat met een diepte van 40 cm en twee spades breedte. Braam wijst op de bovenste 10 cm en trekt de organische stof uit het plantbed. “Er is duidelijk te zien dat dit perceel ondiep wordt bewerkt. De organische stof is opgebouwd in de bovenlaag en de voedingstoffen komen direct ten goede aan de plantenwortels.” Deze opbouw zorgt voor een goed watervasthoudend vermogen, immers organische stof houdt water vast en dat komt direct ten goede aan de wortels.

Uitmuntend

Onder in de bouwvoor is duidelijk minder organische stof te zien en toont de kleigrond zijn ware aard. Een vaste laag ter hoogte van de oude ploegzool en een aantal wat Braam “scherpe kluiten” zijn te zien. De scherpe kluiten laten zich minder snel afbreken en zijn minder goed doordringbaar door haarwortels.

Toch constateert Braam dat de wortels wel tot door de ploegzool groeien. De ondergrond is niet dusdanig vast dat dit storend is voor de koolplanten.“Deze grond is zeer geschikt voor de teelt van broccoli” concludeert Braam “en de inspanningen die gedaan zijn om de grond te verbeteren door een voorzichter grondbewerking gekoppeld aan het aanvoeren van organische stof zijn effectief. De koolplant wordt een uitmuntend plantbed aangeboden zodat de plant optimaal kan aan slaan omvan daaruit met voldoende kracht verder te groeien.”

De inspanningen op het demobedrijf kool zijn inspanningen van vele jaren. De conclusie van een bodemexpert als Guus Braam geeft vertrouwen in de aanpak en de keuzes die zijn gemaakt. Bodemverbetering is mogelijk en leidt zonder twijfel tot een beter groeiende plant.

Demonstratiebedrijf kool

Het Demonstratiebedrijf kool is gelokaliseerd in Stompetoren in de Noord-Hollandse droogmakerij de Schermer.

Grondsoort: klei afslibbaar 50 – 60%

Organische stof: 4%

Teelt: broccoli, sluitkool, bloemkoolsavooiekool 

Grondgebruik: eigendom en ruil

Het demonstratiebedrijf kool is een samenwerking tussen Appelman Vegatables, RoDeKo en Vollegrondsgroente.net. Het demonstratiebedrijf wordt financieel mede ondersteund door de Subsidiemodule agrarische bedrijfsadvisering en educatie (SABE).

.

Deel dit bericht